2. Tweede kamer

Constitutioneel

Tweede Kamer

Tweede Kamer 2

Hoofdstuk 3 van de Grondwet gaat over de Eerste en Tweede Kamer. Samen vormen zij de Staten-Generaal. De Tweede Kamerleden worden rechtstreeks gekozen door het Nederlandse volk, de Eerste Kamerleden door de leden van de Provinciale Staten.

De artikelen 50 tot en met 72 van de Grondwet bepalen onder meer wie er mogen stemmen, hoe de verkiezingen van de Eerste en Tweede Kamer verlopen, wie er lid mogen zijn van de Eerste en Tweede Kamer en wat de taken van beide Kamers zijn.

De Tweede Kamer is medewetgever (wetten kunnen alleen met instemming van het parlement tot stand komen) en controleur van de regering (heeft zij haar werk goed gedaan?). En verder is de Tweede Kamer hét podium voor politiek-maatschappelijke discussies. Wetsvoorstellen die de Tweede Kamer heeft aangenomen gaan vervolgens naar de Eerste Kamer, die ze kan goedkeuren of verwerpen. De Eerste Kamer heeft geen recht van amendement: zij kan wetsvoorstellen niet meer wijzigen.

 Artikel 50 Grondwet

De Staten-Generaal vertegenwoordigen het gehele Nederlandse volk.

Geschiedenis

In 1585 kwamen de Staten-Generaal voor het eerst in Den Haag bijeen. Een overlegorgaan met dezelfde naam zat voordien in Brugge en in Brussel. Na de opstand tegen Spanje verhuisden de Staten-Generaal naar Den Haag. Op 18 januari 1651 werd de Grote Vergadering van 300 afgevaardigden, met als voorzitter raadspensionaris Jacob Cats, gehouden ter regeling van de Unie, de religie en de militie.

De Staten-Generaal waren een vergadering van de zeven zelfstandige provincies die samen de Republiek vormden. De provincies stuurden voor deze bijeenkomsten hun afgevaardigden naar Den Haag. Op het Plein staan nog de logementen van de afgevaardigden van Rotterdam (Plein 4, nu onderdeel van het ministerie van Defensie) en Amsterdam (Plein 23). Deze afgevaardigden waren in de toenmalige standenmaatschappij vertegenwoordigers van de stedelijke elite of van adel. Alle afgevaardigden waren protestant, omdat mensen met een ander geloof waren uitgesloten van het landsbestuur. De Staten-Generaal waren in die tijd nog geen volksvertegenwoordiging zoals nu.

In 1848 kreeg Nederland, onder leiding van Johan Rudolph Thorbecke, een nieuwe Grondwet. De ministers waren voortaan verantwoordelijk voor wetgeving en beleid, het parlement controleerde hen. De koning stond voortaan buiten de politieke besluitvorming. Deze principes vormen de basis van de huidige Nederlandse parlementaire democratie.

Architectuur

De Tweede Kamer zit in een enorm gebouwencomplex. Alle gebouwen zijn met elkaar verbonden en komen samen in de Statenpassage. U kunt de Tweede Kamer bezichtigen onder begeleiding van een gids. Kijk voor meer informatie op: http://www.binnenhofbezoek.nl/nederlands.html. De Statenpassage is ontworpen door architect Pi de Bruijn. Hij heeft geprobeerd het Nederlandse landschap terug te laten komen door het gebruik van bepaalde materialen. Zo beeldt de marmeren vloer het natte zandstrand uit.

De Tweede Kamer omvat (restanten van) diverse gebouwen. In de Oude Zaal, de voormalige Balzaal van Willem V, werd tot 1992 vergaderd. Op de foto ziet u het voormalige departement van Justitie, waarin nu de leden van de CDA-fractie zijn gehuisvest.